Hoofdstuk 5: Bezoek aan de Vrije Universiteit van Amsterdam

Vrijdag 11 oktober 2002 hebben we (Erik, Pepijn, Peter, Sunny en Wijbe Koster) de Vrije Universiteit (VU) van Amsterdam bezocht. We zijn met name bij de faculteit Bewegingswetenschappen te gast geweest. De dag zag er als volgt uit:

Tijd Bezigheid

09.00 Begin college inspanningsfysiologie: ‘Hoge en lage druk’.

10.30 Bezichtigen loopzaal van de faculteit Bewegingswetenschappen.

11.00 Begin college psychologie: ‘Waarnemen’.

11.45 Bezichtigen loopzaal van de faculteit Bewegingswetenschappen.

14.00 Zelf experimenten uitvoeren.

Colleges

We hebben op de VU van Amsterdam twee colleges van de studie Bewegingswetenschappen gevolgd. Het eerste college hoorde bij de inspanningsfysiologie en ging over hoge en lage druk. Met name het stuk over hoge druk was interessant en bruikbaar voor ons profielwerkstuk. De informatie die we over hoge druk hebben verkregen hebben we verwerkt in paragraaf 2.5 over hoogtetraining. De professor die dit college gaf vertelde bovendien boeiend, waardoor het leuk en nuttig was dit college te volgen.

Het tweede college hoorde bij de psychologie en ging over waarnemen. De professor die het college gaf vertelde vrij saai en doordat het onderwerp vrij ingewikkeld was (met vereiste voorkennis), was dit college voor ons niet erg interessant.

Bezichtigen loopzaal van de faculteit Bewegingswetenschappen

De faculteit Bewegingswetenschappen beschikt over een grote loopzaal waarin experimenten kunnen worden uitgevoerd. Op de dag dat wij de VU bezochten werd er een onderzoek uitgevoerd naar de verschillende manieren om een postkar voort te duwen. De onderzoekers waren op zoek naar de manier die het minste kracht kost, om zo de posterijen te kunnen adviseren. De onderzoeksopstelling was als volgt opgebouwd: een man kreeg op elke actieve spier een elektrode geplakt, die aangesloten zijn op een computer. Op die manier is op elk moment de activiteit van elke spier te meten. De man staat op een loopband met voor zich een postkar, waarvan het gewicht te vergoten is door er gewichten aan te hangen. Nu wordt er gekeken bij verschillende gewichten van de postkar waar de proefpersoon de kar het best kan aangrijpen om zo min mogelijk arbeid te hoeven verrichten.

We hebben een stuk van de uitvoering van dit experiment gefilmd. (animatie 1).

Zelf experimenten uitvoeren

Aan het eind van de dag hebben we zelf enkele inspanningstesten uit mogen voeren. Sunny en Pepijn hebben de testen uitgevoerd, Erik en Peter hebben de tijd opgenomen. De testpersoon kreeg een hartslagmeter om (een horloge om de pols en een band om de borst) en moest vier inspanningen leveren. Elke inspanning duurt 2 minuten. Zie voor de grafieken van de inspanningen bijlage 1. De vier inspanningen waren achtereenvolgens:

Activiteit	Opmerkingen bij de grafiek
Traplopen (animatie 2)	In rust is de hartslag 105 bpm, tijdens het traplopen stijgt deze snel. Na de 2 minuteninspanning neemt de hartslag weer geleidelijk af. Het gat in de grafiek bij 4,5 minuten wordt veroorzaakt door het feit dat de hartslagmeter even uit stond.
Tafeltennissen (animatie 3)	De hartslag loopt na de het begin van de inspanning geleidelijk omhoog, maar wordt niet erg hoog (geen zware inspanning).De stijging aan het eind van de grafiek is het testen van de volgende inspanning.
Lopen op een band (14 km/h) (animatie 4)	De hartslag begint vrij hoog, doordat voor de inspanning al ingelopen is. De hartslag stijgt tijdens de inspanning tot ongeveer 180 bpm. Het gat in de grafiek bij 2,5 minuten wordt veroorzaakt door het feit dat de meter even uit stond.
Fietsen (animatie 5)	De hartslag begint hoog, doordat voor de inspanning al gezocht is naar de juiste instelling van de hometrainer.

Het bezoek aan de VU was interessant en nuttig voor ons profielwerkstuk. Het college over hoge en lage druk is verwerkt in het theoretisch deel, de experimenten die we zelf uitgevoerd hebben zijn verwerkt in het praktische deel.

Voor een filmpje van alle tests achter elkaar klik hier.

Gemaakt door Erik van Iperen